Algemeen 8 december 2019
Op 8 december 2009 heeft de politie het levenloze en naakte lichaam van Eline Melters aangetroffen bij een kerk in haar woonplaats Urmond. Gebleken is dat zij in haar woning met een mes in haar borststreek is gestoken.
Het heft van het mes is afgebroken en het lemmet is in haar lichaam blijven zitten. Vervolgens heeft zij zich naar buiten toe begeven.
Vanaf de woning is zij nog een stuk gelopen, waarna zij bij een grasveldje bij de kerk over een muurtje en een haag heen zou zijn geklommen.
Daarna is zij op het grasveldje terechtgekomen, waar haar lichaam ook werd aangetroffen. Als doodsoorzaak is bloed- en functieverlies van het hart ten gevolge van meervoudig steekletsel vastgesteld.
De vriend van Eline, met wie zij samenwoonde, heeft verklaringen afgelegd over wat er zich in de woning heeft afgespeeld en wat zijn rol daarbij is geweest. Hij ontkent haar te hebben gestoken.
Het OM heeft bij brief van 2 juli 2015 bericht dat de zaak niet vervolgd zou gaan worden omdat uit niets bleek dat aan het overlijden van Eline anderen dan Eline zelf hebben bijgedragen.
De nabestaanden konden zich daar (terecht!) niet bij neerleggen. Met name omdat er wel degelijk concrete aanwijzingen waren dat de vriend een aandeel zou hebben gehad bij het overlijden.
De nabestaanden werken uiteindelijk mee met het SBS6-programma Moord of zelfmoord. Niet omdat ze in de aandacht willen staan, maar het bloedsporenonderzoek dat dankzij het programma kon worden gedaan de doorslag gaf.
Het bloedsporenonderzoek maakte – net als ander bewijs – al vrij snel duidelijk: Eline’s dood kon niet zomaar worden weggezet als zelfdoding.
Op 2 november 2015 hebben de nabestaanden een klaagschrift ex artikel 12 Sv bij het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch ingediend. Dit met het nadrukkelijke verzoek het Openbaar Ministerie te bevelen om tot vervolging over te gaan.
Bij beschikking van 28 november 2017 valt het oordeel van het gerechtshof. Het beklag wordt gegrond verklaart en ,,beveelt de vervolging van beklaagde ter zaken van het feit waarop het beklag betrekking heeft.”
Het hof stelt vast dat de verklaringen van beklaagde op een reeks punten niet te rijmen zijn met de bevindingen uit het dossier.
Gelet op deze ongerijmdheden en aanwijzingen zoals die naar voren zijn gekomen, daarbij de bijzondere ernst van het beweerdelijk gepleegde strafbare feit acht het hof termen aanwezig de vervolging van beklaagde te bevelen.
Inmiddels zijn wij twee jaren verder na de vervolgingsbevel aan het OM. Twee jaren waarin er nog altijd niet tot vervolging van de vriend is overgegaan.
Afgelopen week deed Nadia Melters, de zus van Eline, haar verhaal in het Algemeen Dagblad. Het OM wil daar niet ingaan op vragen over de zaak.
De familie wordt nu bijgestaan door advocaten Wendy van Egmond en Sébas Diekstra. De raadslieden noemen het ‘hemeltergend’ dat het Openbaar Ministerie nog altijd niet tot vervolging is overgegaan nadat het gerechtshof dat op 28 november 2017 heeft bevolen. ,,Het heeft er alle schijn van dat het OM de rechtsgang frustreert nadat zij door het gerechtshof op de vingers is getikt vanwege het seponeren van de zaak. Vanaf het begin af aan heeft het OM niet open willen staan voor een ander scenario dan dat van een zelfdoding. Zelfs na het ondubbelzinnige vervolgingsbevel van het hof lijkt men die lijn onverstoorbaar voort te zetten.’’
Een woordvoerder van het OM reageerde op het AD-artikel als volgt: ,,Wat ik kan zeggen, is dat het strafrechtelijk onderzoek nog loopt. Op de momenten dat we iets kunnen meedelen, doen we dit ook richting de verdediging van de nabestaanden. We begrijpen dat het, vanuit het standpunt van de nabestaanden, lang duurt.”